God kleurt de regenboog
(naar het boek Job)
Allen: Alle eer aan God,
die kleur geeft aan de regenboog.
A: De Heer heeft de aarde bodem gegeven
en haar maat en vorm bepaald.
B: Toen Hij de hoeksteen zijn plaats gaf
zongen de Morgensterren van blijdschap.
A: Hij schonk de zee het leven
en markeerde haar eb en vloed.
B: Hij verdwarrelde de sneeuw
en gaf vrij spel aan de regen.
A: Hij liet de bliksem los
en gaf windkracht aan de storm.
B: Hij schonk de aarde haar seizoenen,
haar groeitijd en haar oogsten.
A: Hij schiep al wat loopt en kruipt,
al wat zwemt en vliegt schiep hij.
B: Met liefde zei Hij: “Daar zij licht”
en met een lach gaf Hij de zon haar stralen.
Allen: Alle eer aan God
die kleur geeft aan de regenboog.
(Julia Morris)