Drievuldigheid
Vijftig dagen na Pasen is het Pinksteren. Vanouds is het een oogstfeest. In de Thora kun je lezen hoe het volk Israël in de woestijn op de Sinai de wet ontving. De Sinaï was volledig in rook gehuld, want de HEER was daarop neergedaald in vuur (Exodus 19,18). In het Nieuwe Testament kun je lezen hoe de apostelen de geest krijgen en de blijde boodschap verkondigen, ook een soort oogst. De nederdaling van de Geest op de apostelen wordt vaak weergegeven door vlammen.(Handelingen 2,3-4)
Het feest van de drievuldigheid vat alle geheimen van God samen: de verbondenheid, de verscheidenheid en eenheid van de Schepper, de Verlosser en de Trooster.
Hierin klinkt de volheid die ook de zomertijd kenmerkt, de volheid van kleuren, de uitgroei van planten en dieren en bomen. De verhalen over God en zijn volk, over Jezus en zijn weg worden in de liturgie gelezen, en veel heiligen en martelaren (hun kleur is bloedrood) bevolken de kerkelijke agenda. Als de zon het hoogst staat vieren we de geboorte van Johannes de Doper 24 juni (‘ik moet minder worden opdat hij groter wordt’ zegt Johannes als hij met Jezus in aanraking komt) en als de hitte het hevigst is en de lucht trilt vieren we de gedaanteverandering op de berg, de transfiguratie op 6 augustus.